Ga naar hoofdinhoud

EEN BIJBELSTUDIE VAN FRANK OUWENEEL: “DE SCHEPPING” (Deel 5)

GODS WONDEREN IN DE SCHEPPING

Ps. 111 : 2, Ps. 92 : 6 en Ps. 8 : 4 proclameren vol bewondering:

Groot zijn de werken des Heren, na te speuren door allen die er behagen in hebben.

Hoe groot zijn uw werken, o Here.

Aanschouw ik uw hemel, het werk van uw vingers, de maan en de sterren,
die Gij bereid hebt.

Weet u hoeveel energie de aarde per seconde van de zon ontvangt ?
185 miljard megawatt.
Dat is meer dan de capaciteit van alle elektriciteit-centrales in de gehele wereld.

Hoeveel weegt de dampkring op de aarde ?
5000 biljoen ton.
En God heeft dat allemaal in Zijn hand.

De aarde weegt 6000 triljoen ton.
Toch is de aarde volgens astronomen maar “een klein planeetje”.

De aarde beweegt zich met een snelheid van 100.000 km per uur door het heelal.
Wat een wonder !
En wat een onmetelijk heelal !
De Bijbel zegt in 2 Kron. 6 : 18 dat het heelal God niet kan bevatten: hoe groot is God !

Weet u hoeveel zonnen zijn er in ons melkwegstelsel zijn ?
100 miljard.
Het hemellichaam dat wij “zon” noemen is een ster die dichtbij staat.

Ps. 8 : 9 verhaalt van de pracht van vogels en vissen:

De vogelen des hemels en de vissen der zee, o Here, onze Here,
hoe heerlijk is uw naam op de ganse aarde.

Men heeft eens gemeten hoe vlug in ‘km’s per uur’ de snavel van een specht tegen de boom tikt.
Met een snelheid van 2000 km per uur.
De blauwvintonijn legt eitjes van nog geen duizendste gram; als ze uitkomen zijn de eitjes 30 miljard maal zwaarder.

En dan de mens !

Gij, o God, hebt de mens bijna goddelijk gemaakt,
en hem met heerlijkheid en luister gekroond.  (Ps. 8 : 4 en 6)

Dagelijks stroomt 2000 liter bloed door onze nieren.
Dagelijks klopt ons hart 100.000 maal.
Elke 5 seconden maakt ons lichaam 2 miljoen miljard hemoglobine-moleculen aan.
Enzovoort, enzovoort.

Job kan voor Gods almacht geen woorden vinden en roept daarom uit:

God is groot.  (Job 36 : 26)

In Gen. 14 : 19 noemt Melchisedek God: de Allerhoogste, de Schepper van hemel en aarde.

Laten we tot slot vol bewondering nog eens lezen hoe Jes. 40 : 12 – 28 adembenemend de God beschrijft die alles tot aanzijn heeft geroepen:

Wie mat de wateren met zijn holle hand, bepaalde de omvang der hemelen met een span, vatte met een maat het stof der aarde, woog de bergen met een waag en de heuvelen met een weegschaal ?
Met wie dan wilt gij God vergelijken ?
Hij troont boven het rond der aarde. Hij breidt de hemel uit als een doek en spant hem uit als een tent.
Heft uw ogen naar omhoog en ziet: wie heeft dit alles geschapen ? Hij, die het heer daarvan in groten getale uitleidt en elk daarvan bij name roept door de grootheid zijner sterkte en omdat Hij geweldig van kracht is.
Een eeuwig God is de Here, Schepper van de einden der aarde.
Zijn verstand is niet te doorgronden.

meer informatie:
https://www.frankouweneel.nl

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *