Ga naar hoofdinhoud

EEN BIJBELSTUDIE VAN FRANK OUWENEEL: “DE BIJBEL: GODS WOORD” (Deel 9)

HET BELANG VAN DE BIJBEL

De Bijbel zou eigenlijk best wat meer mogen worden gelezen door de christenen.
De Bijbel zou eigenlijk best wat meer waard mogen worden onder de christenen.

Blijf gij echter bij wat u geleerd en toevertrouwd is, wel bewust van wie gij het hebt geleerd, en dat gij van kindsbeen af de heilige schriften kent, die u wijs kunnen maken tot zaligheid door het geloof in Christus Jezus. Elk van God ingegeven schriftwoord is ook nuttig om te onderrichten, te weerleggen, te verbeteren  en op te voeden in de gerechtigheid, opdat de mens Gods volkomen zij, tot alle goed werk volkomen toegerust.  (2 Tim. 3 : 14 – 17)

Er zijn vele gelovigen voor wie de Bijbel de grootste schat is en die een oprecht verlangen hebben te leven en te denken zoals God in Zijn Woord leert.
Massa’s niet-christenen denken dat serieuze Bijbellezers maar “domme mensen” zijn die niets beters te doen hebben; deze critici weten waarschijnlijk niet dat vandaag de dag voor talloze prominente geleerden de Bijbel het belangrijkste boek is. Ook wetenschaps-pioniers als o.a. Faraday, Kelvin, Pasteur en Newton geloofden in hun tijd onvoorwaardelijk in God en in de Bijbel.  

Wij hebben allen de opdracht te getuigen. Misschien hebt u wel vele momenten gekend dat u met iemand over het geloof hebt kunnen praten. En hoe vaak is het niet voorgekomen dat u met uw mond vol tanden zat ? Hoe vaak is het voorgekomen dat u ontdekte dat u de Bijbel niet goed
kende ? Hoe vaak is het voorgekomen dat u bepaalde vragen niet kon beantwoorden ?
Daar moeten we met z’n allen wat aan doen !
In alle bescheidenheid wil ik u graag vertellen hoe de Here dat in mijn leven heeft geleid. Toen ik in de zestiger jaren als jonge man mijn beroepsleven bij Philips begon, had ik vele gesprekken met ongelovige collega’s. In de meeste gevallen wist ik de juiste argumenten en antwoorden niet; veelbelovende gesprekken bloedden daardoor vaak dood. Dikwijls teleurgesteld ging ik dan thuis telkens weer serieus in de Bijbel de antwoorden zoeken; soms belde ik mijn vader of mijn broer Willem. En heel langzaam, heel langzaam kreeg ik de puzzel compleet. Ik zeg dit allemaal niet uit arrogantie maar om u uit te leggen dat het werkt. Ik mocht uiteindelijk mensen tot de Here brengen. Ik heb ontdekt in mijn eigen leven dat, als je de Bijbel nauwgezet leest en onderzoekt, je ongelovigen kunt helpen.
Laten we er voor zorgen dat we de Bijbel ‘paraat’ hebben.

De Bijbel is ook belangrijk voor persoonlijke groei.
Er zijn veel christenen die zeggen: “in de Bijbel ga ik niet ‘graven’, dat moeten de voorgangers, de prekers en de Bijbelschool-studenten maar doen. Ik vind Bijbellezen na het eten en voor het slapen gaan voldoende”. Dat is jammer. Want er staat in de Bijbel dat we moeten ‘opgroeien in de kennis van de Here Jezus’. De Bijbel is voor alle christenen even belangrijk.

De Bijbel is voor ons allemaal.
We zagen dat de centrale Bijbel-boodschap is: de Here Jezus. Alle reden dus om de Bijbel te bestuderen. Als u Hem beter wilt leren kennen, dan gaat dat nooit buiten het Woord van God om.

Ik wil besluiten met wat de Bijbel over zichzelf zegt. In Deut. 6 : 6 – 9 schrijft God ‘in een notendop’ hoe belangrijk de Bijbel is. God zegt:

Wat ik u heden gebied, zal in uw hart zijn, gij zult het uw kinderen inprenten en daarover spreken, wanneer gij in uw huis zit, wanneer gij onderweg zijt, wanneer gij nederligt en wanneer gij opstaat. Gij zult het ook tot een teken op uw hand binden en het zal u een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn, en gij zult ze schrijven op de deurposten van uw huis en aan uw poorten.

Allereerst: de Bijbel moet in je ‘hart’ zijn.
Er zijn genoeg mensen die in de Bijbel studeren om daarover te kunnen opscheppen. Of mensen die de Bijbel uitsluitend als een soort studie- of wetenschapsboek zien. Allebei fout.
God zegt: “Ik heb die 1200 bladzijden geschreven om je hárt te bereiken”.

Ten tweede: ‘gij zult het uw kinderen inprenten’. Dat is interessant. God zegt eigenlijk: “als u de Bijbel in uw hart hebt, dan mag u dat iedereen gaan vertellen en u mag daarvoor desnoods de wereld rondreizen, maar: u moet beginnen het uw kinderen in te prenten”.
Mijn eigen vader heeft het zijn kinderen ‘ingeprent’; wat die kinderen er mee doen is hun verantwoordelijkheid. Ik ken mijn vader bijna niet anders dan met een Bijbel en een vulpen in zijn handen. Die liefde die mijn broers en ik voor de Bijbel hebben, danken wij (menselijkerwijs gesproken) aan een vader die het ons positief heeft ‘ingeprent’. Wij zagen wel dat hij de Bijbel niet beschouwde als een soort wiskundeboek; we ontdekten dat de Bijbelse boodschap in zijn hart was. En ik heb het met vallen en opstaan ook mijn kinderen ‘ingeprent’.

En dan gaat Deut. 6 verder: ‘u moet erover spreken als u thuis of onderweg bent’.

‘Het moet een teken zijn op uw hand’, d.w.z. onze handelingen moeten gebaseerd zijn op wat de Bijbel zegt. ‘Het moet een voorhoofdsband tussen uw ogen’ zijn: onze gedachten moeten in overeenstemming zijn met de gedachten van God (en die heeft Hij in de Bijbel neergeschreven). Verder moeten de woorden van God op de ‘deurposten van ons huis’ te vinden zijn: in onze straat mag men best weten dat wij de Here kennen en de Bijbel respecteren.

De Bijbel is Gods boodschap voor ons; een levenshandleiding voor elke dag.

Ik besluit met deze mooie tekst:

Groei op in de genade en in de kennis van onze Heer en Heiland Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, zowel nu als tot de dag der eeuwigheid.  (2 Petr. 3 : 18)

meer informatie:
https://www.frankouweneel.nl

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *